Door ons geheugen weten we wie we zijn en ervaren wij een verleden en een toekomst. Ons geheugen stelt ons in staat om te leren en te herinneren. Dagelijks worden we ook herinnerd aan ons geheugen. Verlies van aandacht of een foutieve planning kunnen onopgemerkt aan ons voorbij gaan, maar fouten van het geheugen bemerken we onmiddellijk. Zoeken naar woorden of namen, of het vergeten iets te doen, zijn voor iedereen herkenbare voorvallen van alledaagse vergeetachtigheid.
Opslag van kennis
Bij het geheugen zijn veel hersengebieden betrokken, elk met een eigen specifieke functie, zoals het aanleren van vaardigheden, het opslaan of juist ophalen van kennis of het herkennen van gezichten. Informatie ligt opgeslagen in onbegrensde netwerken, waar veel van wat we hebben ervaren en geleerd met elkaar is verknoopt. In onze herinnering kunnen we eindeloos dwalen door dit enorme netwerk van algemene en persoonlijke kennis en ervaringen.
Geheugensystemen
Binnen het geheugen wordt een onderscheid gemaakt tussen het kortetermijngeheugen, of werkgeheugen, en het langetermijngeheugen. Dat wat we zien en horen, komt binnen via het kortetermijngeheugen, waar het enkele seconden tot een minuut wordt vastgehouden, waarbij het wordt bewerkt en beoordeeld op relevantie. Van deze informatie zijn we ons ook bewust (expliciete kennis). Dit verwerkingsproces vraagt aandacht en is beperkt in capaciteit. Als de aandacht verschuift naar nieuwe informatie die binnenkomt, gaat een deel van de oude informatie verloren. Het deel dat belangrijk was wordt doorgesluisd naar het in omvang onbegrensde langetermijngeheugen. Binnen het langetermijngeheugen wordt een onderscheid gemaakt in het ‘declaratieve geheugen’ en het ‘procedurele geheugen’.
Het declaratieve geheugen omvat kennis die we kunnen verbeelden en verwoorden. Dit loopt uiteen van algemene kennis die niet aan plaats of tijd is gebonden (ofwel ‘semantisch geheugen’ – Parijs is de hoofdstad van Frankrijk) of strikt persoonlijke kennis die dit juist wél is (‘episodisch geheugen’ – mijn laatste bezoek aan Parijs). Het procedurele geheugen is het geheugen voor geleerde vaardigheden. Het is kennis die nauwelijks kan worden verbeeld of verwoord (impliciete kennis), zoals bijvoorbeeld de vaardigheid van het fietsen.
Het oude geheugen
Het geheugen wordt kwetsbaarder met het ouder worden. Ouderdom gaat gepaard met een verlies van kwaliteit en capaciteit van het korte- en langetermijngeheugen. Veel ouderen hebben dan ook klachten over toenemende vergeetachtigheid en schrijven dit toe aan het oude ‘verslijtende’ geheugen. Andere belangrijke zaken die het oudere geheugen nadelig beïnvloeden zoals spanning, somberheid of moeheid worden echter gemakkelijk over het hoofd gezien. Ook laten ouderen zich soms te veel leiden door de stereotiepe verwachting over de onvermijdelijke ouderdomsvergeetachtigheid. Men verwacht te gaan vergeten en gedraagt zich daar ook naar, bijvoorbeeld door zich amper meer in te spannen als er iets nieuws geleerd moet worden of oude herinneringen moeten worden opgehaald (Levy& Langer, 1994). Veel ouderen zoeken naar mogelijkheden om hun geheugen te verbeteren (Geheugentraining). De beste methodehierbij is het gebruik van geheugenstrategieën.